
Essentiële kenmerken van de Vrijeschoolpedagogie
Op 30 mei 2025 heeft het International Forum for Steiner Waldorf Education – Hague Circle (HC) de Essentiële Kenmerken van de Vrijeschoolpedagogie vastgesteld. Vanuit Nederland is Elard Pijnaken, directeur van de BVS, als lid van de Hague Circle nauw betrokken geweest en heeft hij meerdere keren zijn bijdrage geleverd.
Hoewel de hier beschreven kenmerken algemeen geldig zijn, worden ze voortdurend beïnvloed door politieke – en culturele omstandigheden. De Essentiële kenmerken zijn bedoeld voor landen die starten met Waldorfonderwijs én voor landen die reeds een lange geschiedenis hebben van Waldorfonderwijs en zich willen heroriënteren op hun visie.
Fundament en inspiratie
De vrijeschoolpedagogie gaat uit van een levend mensbeeld, gebaseerd op de inzichten van Rudolf Steiner. Leraren werken vanuit een voortdurend streven om het kind in zijn ontwikkeling te begrijpen en onderwijs vorm te geven dat past bij de tijd, de plaats en de gemeenschap.
“Onderwijs is een kunst: de kunst om het kind te begeleiden in zijn wordingsweg.” – Rudolf Steiner
Belangrijkste kenmerken
1. Wereldwijde beweging
Vrijescholen vormen samen een groot internationaal netwerk. Elke school is zelfstandig, maar de kracht ligt in uitwisseling, samenwerking en gezamenlijke scholing van leraren en ouders.
“Het werk van de afzonderlijke school wordt versterkt door bewustzijn van het geheel.” – Hague Circle
2. Eigen schoolidentiteit
Elke vrijeschool is uniek in haar geschiedenis en cultuur. Toch delen alle scholen het doel om kinderen gezond te laten leren, waarbij hoofd, hart en handen worden aangesproken.
3. Curriculum en pedagogische creativiteit
Er is geen vaststaand leerplan. Rudolf Steiners aanwijzingen bieden richting per leeftijdsfase, maar leraren vertalen dit steeds opnieuw naar hun eigen tijd en context. Zo ontstaat een leerplan dat leeft en zich ontwikkelt.
“Onderwijs moet aansluiten bij het leven van het kind en bij de wereld waarin het groeit.”
4. Relatie leraar – kind – wereld
De kern van de pedagogie ligt in de relatie.
-
Kleuterklas: spel, nabootsing en fantasie.
-
Lagere school: leren vanuit verhalen, beelden en kunst.
-
Voortgezet onderwijs: ruimte voor zelfstandigheid, oordeel en verantwoordelijkheid.
5. Leraar als kunstenaar en onderzoeker
Lesgeven is kunstzinnig en creatief. Leraren ontwikkelen zich voortdurend, verdiepen zich in menskunde en onderzoeken hun onderwijspraktijk.
“De leraar werkt niet alleen met kennis, maar met het hele leven.”
6. Samenwerking in de schoolgemeenschap
De school leeft door de samenwerking tussen leraren, ouders, leerlingen en medewerkers. Dialoog, transparantie en gemeenschap vormen de basis.
7. Zelfbestuur en organisatie
Vrijescholen zijn meestal zelfstandige stichtingen of verenigingen zonder winstoogmerk. Leraren en ouders dragen samen verantwoordelijkheid voor beleid en financiën, met solidariteit als uitgangspunt.
8. Evaluatie en ontwikkeling
Leerlingen krijgen persoonlijke jaarverslagen in plaats van standaardcijfers. Ook scholen evalueren zichzelf om de kwaliteit te waarborgen en zich verder te ontwikkelen.
Een levende pedagogie
De vrijeschoolpedagogie is geen vast systeem, maar een levend proces: steeds in ontwikkeling, geworteld in de antroposofie en tegelijk verbonden met de kinderen van nu.
Documenten: 2025_Bud_Essential_Charakteristics
2025_Bud_Essentials_Merkmale_dtsch
2025_Bud_Recommendations for the development of an association for Steiner Waldorf Education 25 07